Verplicht eerder aanwezig zijn op werk? Recht op loon!
Het komt regelmatig voor dat een werknemer een kwartier voor aanvang van de werkzaamheden aanwezig moet zijn. Veelal krijgen zij hier niet voor betaald, omdat er in deze zogenoemde ‘kantinetijd’ volgens werkgevers niet (echt) wordt gewerkt. In deze blog worden twee uitspraken behandeld waarin de door de werkgever verplichte maar onbetaalde aanwezigheidstijd in principe leidt tot een loonvordering van de werknemer.
Loonvordering toegewezen
In november 2023 oordeelde de kantonrechter te Haarlem in een zaak waarbij een uitzendkracht, die als bagage-afhandelaar op Schiphol werkte, zich steeds vijftien minuten voor aanvang van zijn dienst moest melden. Hij claimde betaling bij de kantonrechter.
De kantonrechter wees zijn loonvordering toe. Op grond van de Arbeidstijdenwet is sprake van arbeidstijd wanneer een werknemer onder gezag van de werkgever arbeid verricht. Gelet op deze definitie was het voor de kantonrechter al snel duidelijk dat de uitzendkracht de kwartieren voor aanvang onder werkgeversgezag stond omdat hij i) zichzelf beschikbaar hield, ii) op een aangegeven plaats, en iii) niet over zijn eigen tijd kon beschikken. De kantonrechter ging niet mee in het betoog dat de uitzendkracht de kwartieren vrij kon indelen en aan eigen zaken besteedde zoals Whatsappen, kletsen en het drinken van koffie. Vast stond namelijk ook dat hij pas na het aantekenen van zijn aanwezigheid te horen kreeg bij welke gate hij zijn werkzaamheden die dag zou uitvoeren en zich nadien naar deze gate diende te begeven. De verste gate lag op zeven á acht minuten lopen.
Betaalde arbeidstijd
De tweede zaak, een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 2 mei, betrof een callcenterwerknemer die tien minuten voor aanvang van zijn werkzaamheden aanwezig moest zijn. In het planningsprotocol stond onder meer: ‘(…) Door je webstation altijd open te hebben, ben je altijd van alle tijden op de hoogte. 09.00 uur beginnen betekent dat je exact om 09.00 uur klaar zit om je eerste call aan te nemen danwel te maken. Meld je daarom altijd 10 minuten voor aanvang van je dienst bij je supervisor, dan ben je nooit te laat (…)’. Deze tien minuten werden niet vergoed. Zowel in eerste als in hoger beroep werd geoordeeld dat de tien minuten waarin de werknemer voor aanvang van zijn dienst aanwezig moest zijn, gold als (betaalde) arbeidstijd. Er werd ten eerste namelijk van de werknemer verwacht dat hij zich aan voornoemde planningsregel hield. Daarnaast werd ingeschat dat het gemiddeld tien minuten zou duren om in te loggen in de tien programma’s die hij voor zijn werkzaamheden nodig had. Deze tijd is dus nodig voor de voorbereidende werkzaamheden die nodig zijn om de telefoonwerkzaamheden, op tijd, uit te kunnen voeren.
Conclusie
Werkgevers opgelet! Wanneer verplichte – maar onbetaalde – aanwezigheidstijd wordt voorgelegd aan de rechter, lijkt het kwart(ier)je voor de werkgever al snel de verkeerde kant op te vallen. Dit is te meer het geval wanneer duidelijk is dat de werknemer deze tijd nodig heeft om aan de instructies van de werkgever te voldoen.
Dit artikel is aangeboden door: Wouter Heere
Wouter werkt als associate bij CLINT | Littler. In 2023 voltooide hij de master Arbeidsrecht aan de Universiteit van Amsterdam, na zijn bachelor aan dezelfde universiteit gevolgd te hebben. Tijdens zijn studie heeft Wouter werkervaring opgedaan bij verschillende advocatenkantoren. Ook heeft Wouter als vrijwilliger rechtsbijstand verleend bij de Rechtswinkel Amsterdam.